Juiste zithouding in een versje:
Mijn voeten stevig op de grond.
Tegen de leuning met mijn kont.
Mijn rug is recht, mijn schouders laag.
Een vuist tussen de tafel en mijn maag.
Mijn hoofd naar voren, iets gebogen.
Ik heb wat wijde ellebogen.
Mijn potlood met de juiste greep in mijn hand.
Zo is schrijven heel plezant.
Juiste pengreep in een versje:
Wil ik iets tekenen of schrijven,
moeten er drie vingers blijven.
Duim en wijsvinger nemen vast,
’t is mijn middenvinger die er achter past.
Middenvinger, wijsvinger, duim,
zo om mijn potlood en ik krijg een pluim!
Niet te hoog en niet te laag,
dan lukt het schrijven weer prima vandaag.
Hieronder kan je de folder over de juiste zithouding en pengreep terugvinden.